Argentinië kent meerdere klimaatzones. Dit komt door de verschillen in ligging ten opzichte van de evenaar, de hoogteverschillen en de variaties in het landschap. Het grootste deel van Argentinië (vooral de pampa's in het centrale deel) kent relatief droge woestijn- en steppeklimaten. In het zuiden kennen de Andeszones en Patagonië vooral gematigde zeeklimaten met op de toppen een hooggebergteklimaat. Het oostelijke deel kent een combinatie van een warm zeeklimaat en een gematigd zeeklimaat.

De meerderheid van de Argentijnse bevolking woont in het gebied rond Buenos Aires, de Pampa Humeda. Dit is een uitgestrekte vruchtbare laagvlakte. In het noorden van Argentinië bevindt zich Gran Chaco. Dit is een bosachtig, gedeeltelijk woestijnachtige laagvlakte. Het noorden bij Salta kent hoogvlaktes die gekenmerkt worden door zoutvlaktes en vulkanen. Ten zuiden van de Rio Negro ligt Patagonië wat bestaat uit een Argentijns en een Chileens deel. Deze zijn van elkaar gescheiden door de Andesbergketen. In de Andes ligt het noordelijk en zuidelijk ijsveld en in het westen liggen bergtoppen tot boven de 6000 meter. In de Patagonische Andes bevinden zich prachtige meren, zoals Lago Argentino.